Herinneringen aan het Oude Noorden
Verlangen naar vroeger…
Soms overvalt het me. Een geur, een liedje op de radio, een stukje oude stoep dat kraakt onder mijn schoenen — en ineens ben ik weer twaalf, dertien, in het Oude Noorden van Rotterdam. De jaren ’90. Mijn jaren.
Ik spaarde wekenlang mijn zakgeld bij elkaar om eindelijk een CD te kunnen kopen bij Radio Correct. Weet je nog? Die enorme winkel aan de Bergweg waar je uren kon ronddwalen tussen rekken vol muziek. De geur van vers plastic, de opwinding van de keuze: Blur? Nirvana? De Spice Girls?
En dan dat gevoel als je eindelijk je nieuwe schat in handen had. Zo voorzichtig openmaken dat je het cellofaan niet scheurde, want dat voelde als een beschadiging van iets perfects — dat was geluk in zijn puurste vorm.
Op woensdagmiddagen stroomde het Pijnackerplein vol met kinderen. Ik herinner me speurtochten, schminkkraampjes en springkussens. Soms kreeg je een ijsje van de wijkvereniging, als je netjes meedeed. Ik herinner me de geur van vers gemaaid gras, de hobbelige tegels onder mijn sandalen, en het eindeloze gevoel dat alles mogelijk was, zolang je maar voor etenstijd thuis was.
Op zaterdagen gingen we winkelen, mijn moeder en ik. Niet naar het drukke centrum, maar gewoon lekker op de Noorderboulevard. Kledingwinkels, speelgoedzaken, een kapper waar je zonder afspraak naar binnen kon. Soms kreeg ik een nieuwe trui. Soms kochten we alleen sokken. Maar altijd was er die gezelligheid — dat knusse, kneuterige gevoel van samen door je eigen buurt struinen.
En als het dan écht een grote dag was, namen we wél de tram naar de stad. Naar V&D. Eerst even snuffelen op de kledingafdeling (ik vooral bij de accessoires, moeders bij de afgeprijsde jassen), en daarna — als we het echt bont maakten — een broodje warm vlees halen in het La Place-restaurant bovenin. Zó trots voelde ik me dan: winkelen in de stad, met mijn eigen tas, mijn eigen keuzes.
En thuis… thuis was het altijd druk. Niet alleen met broertjes en zusjes, maar ook met huisdieren.
We hebben alles gehad: parkieten, cavia’s, vissen, katten, en zelfs even een konijn dat zijn hok vakkundig had gesloopt. De geur van zaagsel en kattenbrokjes, het constante geluid van snaveltjes tegen tralies — dat hoorde erbij. Net zo normaal als de tram die voorbij denderde of de buurvrouw die riep dat de vuilnis buiten moest.
Soms mis ik het. Die tijd waarin alles kleiner was, maar zoveel groter voelde. Waarin geluk lag in een nieuwe CD, een middag op het plein, of een goed gevulde boodschappentas.
De stad is veranderd. Ik ben veranderd. Maar ergens, diep vanbinnen, loop ik nog steeds door het Oude Noorden van toen — met gespaarde guldenstukken in mijn zak en dromen die niet groter hoefden te zijn dan de etalage van Radio Correct.
Foto: Stadsarchief Rotterdam
De Noordergids heeft ook een pagina op Facebook. Volg ons en krijg automatisch onze berichten in je nieuwsoverzicht. Ga naar de Noordergids op Facebook.
Dé Facebookpagina van Rotjekknor 010web is de moeite van een bezoek waard!.